Voer voor discussie – door Maaike Cruijssen
Voer voor discussie
Ik zit op mijn vaste caféterras met vriendin M. te genieten van de lentezon. Naast ons zitten twee vrouwen luid te praten over de laatste roddels. Ik kan het niet helpen en mijn ene oor luistert stiekem mee (in my defence: ze praatten ook erg hard). “Ja nou serieus, weet je wat haar vriendje tegen haar zei? Dat haar borsten wel erg klein waren en hij een borstvergroting wel zou betalen!”. “Wat? Dat meen je niet. Werd ze niet heel erg onzeker door die opmerking?”. “Nee, niet eens, ze zei dat hij niet goed bij zijn hoofd was en dat ze tevreden was met haar cup A. Haha”.
Ik kijk M. aan en zij kijkt vol vermaak terug. Nadat de meisjes eenmaal van het terras af zijn, komt bij ons de discussie op gang. We bespreken vragen als “Wat vind jij ervan als je vriendje zoiets zegt?” en “Wat zou dat met jouw gevoel doen als jij dat te horen krijgt?”.
M. geeft aan dat ze wel degelijk onzeker zou worden van zo’n opmerking. Ze kan zich al helemaal voorstellen wat het met haar zou doen. Het zou haar verdrietig maken en een gevoel van afwijzing geven. Alsof ze niet goed genoeg is voor haar vriend, precies zoals ze is. Tegelijkertijd kan ze ook niet voorstellen dat haar vriend dit tegen haar zou zeggen. “Iets met normen en waarden..”, mompelt ze.
Het wordt wel duidelijk dat het niet zo zwart-wit is. Dit meisje voelde zich niet gekwetst door de opmerking. Vriendin M. wel. Wat zorgt er nou voor dat dit bij de een meer binnenkomt dan bij de ander?
Duidelijk uit het verhaal wordt dat het borsten-meisje tevreden was met haar borsten zoals die waren. Een opmerking van iemand anders brengt haar niet op andere gedachten. Ze is goed zoals ze is en als de ander dat niet vindt, is dat zijn/haar probleem. Vriendin M. herkent wel onzekerheid bij zichzelf. Dat rotsvaste vertrouwen in zichzelf is iets wat ze graag zou willen hebben. Zij kan, zoals velen, afkeurend naar zichzelf in de spiegel kijken en focussen op de putjes en de vetjes.
We hebben hier precies dezelfde situatie, met twee verschillende uitkomsten. Je zou kunnen zeggen dat in dit voorbeeld zelfverzekerdheid/zelfliefde werkt als een soort schild. Het beschermt je voor ‘aanvallen’ van buitenaf. Wanneer jouw interne dialogen zeggen dat je goed bent zoals je bent, kan je die aanvallen zo van je af schudden (even terzijde of je die opmerking gepast vindt of niet). Wanneer je geen stevig zelfbeeld hebt, neem je alle andere meningen op als een spons. Je overweegt of er een vorm van waarheid in zit en vaak wint de onzekere stem het dan. In het boeddhisme is er een mooi gezegde: Als iemand je een cadeau aanbiedt en je besluit het cadeau niet aan te nemen, van wie is het cadeau dan? Juist, het cadeau is dan van degene die hem aangeboden heeft. Het borsten-meisje heeft besloten de opmerking niet aan te nemen, dus blijft die van haar vriend.
Een paar weken later op hetzelfde terras zitten die twee meisjes er ook. De relatie van het borsten-meisje had het helaas niet overleefd. Aan haar zelfvertrouwen zal het niet hebben gelegen.